Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [22]het gerucht van hen [23]kwam tot de oren der Gemeente, die te Jeruzalem was; en zij zonden [24]Barnabas uit, dat hij [het land] doorging tot Antiochie toe. 22. Grieks het woord. 23. Grieks werd gehoord in de oren. 24. Die een Leviet en ook zelf uit Cyprus was, om bij zijne landslieden en geburen te beter toegang en vrijheid te hebben. Daaruit schijnt dat deze mannen, waarvan vs.20 is gesproken, door een bijzonderen ijver gedreven, buitengewoon daar gepredikt hebben de leer van Christus, welke daarna door Barnabas en Paulus bevestigd en meer verbreid is, en die alles onder de gelovigen aldaar tot behoorlijke orde gebracht hebben. Zie ook de aantekeningen hfdst.8;1.